Orgel Sint Jacobus de Meerdere kerk Zwaagdijk - West

Doorsnede - Printversie tekst

Geschiedenis van het orgel*

In de correspondentie van de fa. Verschueren Orgelbouw Heythuysen b.v. aan Pastoor van Lammeren wordt op 27 juni 1957 vermeld: "het oude orgel van Heer komt dus voor u vrij" met de volgende dispositie:
Manuaal C / f''': Montre 8' Bourdon 8' Prestant 4' Fluit 4' Octaaf 2' Mixtuur 2 st. Trompet 8' bas- en diskant.
Pedaal: C / c' aangehangen.
“Het orgel is van zeer goede kwaliteit, is niet versleten en wordt zo afgewerkt dat er de volle garantie van 10 jaar op wordt gegeven. Het orgel kan getrapt worden en is ook voorzien van een Meidingerwindmachine.
De prijs incl. restauratie- en plaatsingskosten is fl. 6750,00.”


In de offerte van Verschueren staat verder nog vermeld: “Het orgel is gebouwd in een kast van zacht hout. De kast wordt afgeleverd in grondverf en wordt 50 cm. van de achtermuur geplaatst om de mogelijkheid tot stemmen vrij te houden. Het orgel is grondig gerestaureerd. Alle slijtbare onderdelen zijn vernieuwd”.

Pastoor van Lammeren is met enkele parochianen naar Heer gegaan om het orgel te zien en te beluisteren. Aangekomen op het Keern zei pastoor: "We zijn iets vergeten". De auto stopte en de pastoor ging het reisgebed bidden. Het was immers een lange autorit.
De aflevering had plaats 15 oktober 1957. De betaling geschiedde contant.

Op zondag 20 oktober 1957 ging een lang gekoesterde wens, niet in het minst van pastoor van Lammeren en zijn organist Piet Roemer, in vervulling. Tijdens een avondbijeenkomst is het nieuwe orgel op plechtige wijze ingezegend, waarna broeder Wolfgang uit Den Haag de feestelijke inspeling verzorgde.

Het programma luidde als volgt:
Trumpet Tune van H. Purcel (1659-1695)
Preludium en Fuga in C moll van J.S.Bach (1685-1750)
Prière à Notre Dame van L. Boëllman (1862-1897)
Improvisatie op bekend motief door Broeder Wolfgang
Finale uit Sonate da Chiësa van H. Andriessen (1927-

Dat niet iedereen de feestvreugde deelde, blijkt uit de opmerking van een vrouw, die zei niet meer naar de kerk te gaan, omdat het orgel te luid was. En daar kreeg ze het van in d'r rug.

Later is het orgel rood geschilderd, hetgeen nog tot commotie heeft geleid. Daarbij verdwenen de tekst op de lessenaar "Ad maiorem Dei Gloriam" en de cijfertjes bij de registertrekkers onder de verf.
In de correspondentie van Verschueren wordt vermeld dat het orgel getrapt kan worden. De trapinrichting is echter niet meer aanwezig.

In 1985 is de gescheurde windlade hersteld en is het orgel geheel schoongemaakt.
Vanaf 1999 wordt het orgel onderhouden en gestemd door Hans Martin van Orgelbouw Alkmaar. In 2000 is een nieuwe windmachine geplaatst. In 2002 zijn de kelen van de trompetten opnieuw beleerd door de firma Stinkens. Ook is de houtworm onder de frontpijpen bestreden. In 2004 is het mechaniek van de pedalen en klaviertoetsen opnieuw afgeregeld en is de orgelkas voorzien van een dak ter bescherming van het pijpwerk tegen ongedierte en stof.
Tijdens het 75-jarig bestaan van de kerk, dat op 21 november 2004 werd gevierd, verkeerde het orgel weer in prima staat.
Organist Jan Louter heeft tijdens de communie "Prière à Notre Dame" van Boëllman gespeeld.
Op 20 oktober 1957, 47 jaar eerder, klonk datzelfde orgelstuk tijdens de inspeling van het orgel.

* Bron: Zwaagdijkwest anno 2004, auteur: J.J. Louter, bewerking: Orgelbouw Alkmaar